Functieclassificatie in Vlaams Personeelsstatuut
Vlaanderen voert een aantal belangrijke hervormingen door in het personeelsstatuut van zijn ambtenaren. De functieclassificatie doet haar intrede. Het HR-beleid rond het topkader krijgt een update. En daarnaast zijn er ook nog enkele andere kleinere wijzigingen. Vacatures worden bv. niet meer in het BS bekendgemaakt, wel op de VDAB-website, maaltijdcheques worden ook tijdens buitenlandse dienstreizen toegekend en bij het plaats- en tijdonafhankelijk werken is het de lijnmanager die beslist welke middelen er ter beschikking worden gesteld.
Functieclassificatie
De Vlaamse ambtenaren moeten tegen uiterlijk 31 december 2016 een geactualiseerde functiebeschrijving krijgen. Die regel geldt niet voor het topkader.
De betrokken functies – behalve de niet toewijsbare – moeten tegen dan ook toegewezen zijn aan de functieniveaumatrix. Dat gebeurt aan de hand van een organisatie-eigen wegingsmethodiek. De zwaarte van een bepaalde functie bepaalt de exacte plaats in de matrix.
Omdat er veel verschillende functies zijn binnen de Vlaamse overheid worden de functies geclusterd in functiefamilies. Een functiefamilie is een groep van functies met gelijksoortige activiteiten en processtappen.
Elke functiefamilie wordt op haar beurt onderverdeeld in functiefamilieniveaus. Dat gebeurt op basis van de complexiteit van de functie.
De functieniveaumatrix is een raster met rijen en kolommen. De kolommen geven de functiefamilie aan. Er zijn voorlopig 16 functiefamilies, zoals bv. lager kader, leidinggevend middenkader, projectmanagement, dossiers- en gegevensbeheerder, technisch specialist, …
De rijen van het raster geven het niveau van een functiefamilie en de daarbij horende functieklasse aan. Een functieklasse is een groep van functies met een gelijkwaardige functiezwaarte. De functieklassen gaan van klasse 7 tot en met klasse 20.
Het personeelsplan moet uiterlijk op 1 april 2017 uitgedrukt zijn in functiefamilies, functiefamilieniveaus en in niet toewijsbare functies.
Beroepsprocedure
De functiehouder die het niet eens is met zijn functiebeschrijving, de toewijzing aan een functiefamilie of het functiefamilieniveau kan daartegen in beroep gaan. De beroepsprocedure bestaat uit een intern en een extern luik. Het interne luik moet uitgeput zijn voor het externe luik toepasselijk is.
Intern beroep
Het intern beroep bestaat uit twee fasen.
Wie het niet is met zijn functiebeschrijving of met de toewijzing van zijn functie aan een functiefamilie kan – vóór het wegingsresultaat van de functie gevalideerd wordt – gehoord worden door het validatiecomité. Na de functiehouder te horen, beslist het comité definitief over de inhoud van de functiebeschrijving of de toewijzing aan een functiefamilie.
De functiehouder kan het ook oneens zijn met het functiefamilieniveau en de daarbij horende functieklasse. Het geschil gaat dan over het wegingsresultaat. In een dergelijk geval vindt er eerst een overleg plaats tussen de functiehouder en zijn functionele chef.
Bereiken zij geen consensus of geraken ze het eens over een herziening van het functiefamilieniveau en de functieklasse, dan gaat de zaak naar het validatiecomité. Dat neemt de uiteindelijke beslissing.
De functiehouder kan tegen die beslissing van het validatiecomité een intern beroep instellen bij het hoofd van de entiteit. Die herziet of bevestigt de beslissing waartegen beroep werd ingesteld.
Extern beroep
De functiehouder die de interne beroepsprocedure heeft uitgeput, kan tegen de indeling van de functie in een functiefamilie en/of een functiefamilieniveau en de daarbij horende functieklasse een gemotiveerd beroep instellen bij de beroepscommissie Functieclassificatie.
Die beroepsprocedure moet uitgeput zijn vooraleer de functiehouder naar de Raad van State kan trekken.
Vacatures
Tot nu moesten de aankondigingen van de selectieprocedures voor de vacante betrekkingen ten minste in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd worden. Die publicatievereiste wordt opgeheven. Vanaf 1 november 2014 volstaat het dat de vacatures op de VDAB-website staan. Bijkomende kanalen mogen uiteraard ook, maar zijn niet verplicht.
Selectie topkader
De opdrachtgever (dat is de functioneel bevoegde minister wanneer de Vlaamse overheid de indienstnemende overheid is of de raad van bestuur van een EVA wanneer die zelf de aanstelling doet) heeft een interview met de kandidaten die Jobpunt Vlaanderen voorstelt voor een mandaat in het topkader (management- of projectleiderfunctie van N-niveau en functie van algemeen directeur). Tijdens dat gesprek werden tot nu de wederzijdse verwachtingen nader gepreciseerd. Maar dat verandert. Dat gesprek dient voortaan om na te gaan welke kandidaat het best voldoet aan het competentieprofiel voor de functie.
Mobiliteitsprocedure voor topkader
De indienstnemende overheid kan vacante management- en projectleidersfuncties van N-niveau en functies van algemeen directeur aanbieden via mobiliteit aan een geschikte mandaathouder van eenzelfde functie.
De opdrachtgever beoordeelt wie van de kandidaten voldoet aan de vereiste functiespecifieke competenties. Hij houdt daarbij rekening met de selectietest. Die bestaat voortaan uit een interview met de kandidaten over hun beleidsvisie op de mandaatfunctie waarvoor zij zich kandidaat hebben gesteld.
Evaluatie topkader
De evaluatie van het topkader gebeurt door de opdrachtgever, bijgestaan door Jobpunt Vlaanderen en een externe instantie.
Nieuw is dat de jaarlijkse evaluatie van het topkader pas kan afgerond worden als er een evaluatiegesprek tussen de opdrachtgever en de mandaathouder heeft plaats gevonden.
De evaluatie wordt vastgelegd in een evaluatieverslag. De geëvalueerde mandaathouder kan opmerkingen toevoegen aan het verslag.
Ook bij de eindevaluatie – uiterlijk zes maanden voor het einde van het mandaat – moet er een evaluatiegesprek tussen de geëvalueerde mandaathouder en de opdrachtgever plaatsvinden. Bij de eindevaluatie wordt rekening gehouden met de jaarlijkse evaluaties.
De mandaatfunctie eindigt bij afschaffing van de entiteit. De statutaire mandaathouder wordt in dat geval herplaatst in een passende functie van de terugvalgraad.
Algemeen directeur
Het aantal functies van algemeen directeur wordt beperkt. Alleen entiteiten met meer dan 1.000 personeelsleden mogen nog een algemeen directeur hebben. Een uitzondering hierop: de functie van algemeen directeur kan nog worden opgenomen in het personeelsplan van een entiteit met minder dan 1000 personeelsleden als die entiteit wordt uitgebreid of opgericht ingevolge een fusie van twee of meer entiteiten. Maar dat kan enkel maar in uitzonderlijke omstandigheden.
De titularissen van de uitdovende functie van algemeen directeur blijven het mandaat verder uitoefenen totdat het wordt beëindigd na één mogelijke verlenging.
Derde mandaathernieuwing
Mandaathouders bij wie de eindevaluatie niet resulteert in de einduitspraak ‘onvoldoende’ hebben al langer het recht om in hun mandaat hernieuwd te worden voor een eenmalige bijkomende termijn van zes jaar. Er gebeurt geen nieuwe selectie.
Maar er is voortaan meer. Na afloop van het tweede mandaat kunnen de mandaathouders voortaan nog een bijkomende verlenging krijgen – zonder nieuwe selectie. Drie voorwaarden:
- de eindevaluatie na afloop van het tweede mandaat mag niet resulteren in een ‘onvoldoende’;
- de mandaathouder moet tijdens minstens vier jaar van zijn tweede mandaat – waaronder zeker de laatste twee jaar – een positieve evaluatie hebben gekregen. Daaraan moet minstens de waardering gekoppeld zijn dat het prestatieniveau volledig voldoet aan de verwachtingen en de norm;
- de mandaathouder moet een toekomstvisie met betrekking tot de mandaatfunctie uitwerken. Hernieuwing kan enkel als de Vlaamse regering op voorstel van de opdrachtgever instemt met die visie.
Middenkader
De ambtenaar die de functie van N-1 niveau (management- of projectleidersfunctie) tijdelijk waarneemt, en zijn eigen functie dus eigenlijk verzwaard, kan hiervoor de toelage voor tijdelijke functieverzwaring krijgen.
Geldelijke anciënniteit
Bij het opnemen van een nieuwe functie wordt de functierelevante privé-ervaring gevaloriseerd tot maximum 20 jaar. Die garantieregeling gold tot nu enkel voor de gevallen van herplaatsing, overplaatsing, horizontale mobiliteit, externe mobiliteit, bevordering en graadverandering. Voortaan blijft de geldelijke anciënniteit behouden in elk geval waarin de ambtenaar een nieuwe functie opneemt.
Beeldschermbril
De terugbetaling van een beeldschermbril krijgt nu ook een rechtsgrond. De precieze voorwaarden voor de terugbetaling waren al eerder vastgelegd in een omzendbrief van 2014.
Plaats- en tijdonafhankelijk werken
Vlaamse ambtenaren kunnen thuis of op andere locaties, bv. satellietkantoren, werken. In dat geval bepaalt de lijnmanager – uitgaande van de functie en de behoeften – welke middelen de werkgever ten laste neemt. De standaardterugbetaling van een internetaansluiting en internetabonnenement wordt geschrapt. Vroeger hadden de zgn. structurele thuiswerkers daar automatisch recht op.
Het personeelslid heeft geen recht op de terugbetaling van andere onkosten, bv. voor verwarming of elektriciteit.
Maaltijdcheques
Voor de arbeidsdagen waarop de Vlaamse ambtenaar met een dienstopdracht in het buitenland vertoeft, krijgt hij voortaan ook maaltijdcheques. Dat was tot nu niet het geval. De RSZ eist echter dat het aantal toegekende maaltijdcheques gelijk is aan het aantal dagen waarop er wordt gewerkt.
Arbeidsongevallen
De bevoegdheid tot genezenverklaring komt voortaan toe aan de lijnmanager Maar alleen als de tijdelijke arbeidsongeschiktheid minder dan dertig kalenderdagen duurt en het personeelslid een medisch attest van genezing zonder blijvende arbeidsongeschiktheid indient. Medex hoeft dus enkel maar de slachtoffers van een arbeidsongeval met een tijdelijke arbeidsongeschiktheid van meer dan 30 kalenderdagen op te roepen.
Ambtshalve ontslag
Ambtenaren die hun burgerlijke en politieke rechten verliezen, worden ambtshalve en zonder opzeg ontslagen.
Ook een ambtenaar die zonder geldige reden zijn werk verlaat en meer dan tien dagen afwezig blijft, krijgt een ambtshalve ontslag. Voortaan kan dat ontslag wel maar alleen als de ambtenaar behoorlijk en vooraf gewaarschuwd werd van dit mogelijk ontslag en om opheldering verzocht werd.
Inwerkingtreding
Er zijn verschillende inwerkingtredingsdata voor het nieuwe besluit. De meeste nieuwe regels gelden vanaf 1 november 2014. Maar sommige bepalingen treden in werking op 1 maart 2014, 1 april 2014 of 1 juni 2014.
Bron: Besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2014 tot wijziging van het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006, wat betreft de invoering van de functieclassificatie, het topkader en andere bepalingen, BS 9 december 2014